Aanpassen via persoonlijke functies
P.Fn-01: (Projectiemethode AF-hulplicht)
U kunt de projectiemethode van het AF-hulplicht selecteren.
-
0:
(Infrarood AF-hulplicht)
-
1:
(Intermitterende flitsmethode)
Vuur het AF-hulplicht af met de intermitterende flitsmethode ().
Voorzichtig
- Het AF-hulplicht wordt niet geprojecteerd tijdens livebeeldopname.
- Als er een kleurfilter is aangebracht (), flitst de Speedlite niet intermitterend om een AF-hulplicht te creëren.
- Wat betreft de EOS R-serie, er wordt een AF-hulplicht geprojecteerd door de intermitterende flits, ongeacht de projectiemethode van het AF-hulplicht en of een kleurfilter is gemonteerd. Merk op dat afhankelijk van de helderheid van de omgeving dit licht kan worden voortgebracht door de camera of door de Speedlite. Ook wanneer een kleurfilter is gemonteerd en de instelling is ingesteld op [1:
(Intermitterende flitsmethode)], wordt er door de camera een AF-hulplicht geprojecteerd.
- Wat betreft de EOS M-serie, er wordt geen AF-hulplicht geprojecteerd door de flitser.
P.Fn-02: (Snelle flits)
U kunt instellen of de flitser kan afgaan (snelle flits) wanneer het gereed-lampje nog rood knippert (voordat hij volledig opgeladen is), zodat u minder lang hoeft te wachten op het opladen.
- 0: ON (Ingeschakeld)
- 1: OFF (Uitgeschakeld)
Voorzichtig
P.Fn-03: (Flitser flitsen tijdens gekoppeld fotograferen)
U kunt instellen of de Speedlite die op de camera is bevestigd moet flitsen bij gekoppeld fotograferen (). Stel dit in voor elke Speedlite die wordt gebruikt bij gekoppeld fotograferen.
-
0: OFF (Uitgeschakeld)
De Speedlite flitst niet tijdens gekoppeld fotograferen.
-
1: ON (Ingeschakeld)
De Speedlite flitst tijdens gekoppeld fotograferen.
Voorzichtig
- Als meerdere Speedlites tegelijkertijd flitsen bij gekoppeld fotograferen, kan dat een geschikte belichting verhinderen of een ongelijkmatige belichting veroorzaken.
P.Fn-04: (Instellingen wijzigen met het wiel)
U kunt selecteren of rechtstreekse configuratie van de soort functies aangegeven in de onderstaande afbeelding is toegestaan door simpelweg aan te draaien op schermen zoals dit scherm die worden weergegeven door de joystick recht in te drukken.


-
0: OFF (Uitgeschakeld)
Normale bedieningsmethode.
-
1: ON (Ingeschakeld)
Maakt selectie van instelitems (voor flitsbelichtingscompensatiewaarde, handmatige flitssterkte, flitsgroepaansturing, flitsverhouding, flitsmodi bij groepsflitsen, flitsgroep van ontvangers en FEB) met de joystick en rechtstreekse configuratie door simpelweg draaien aan
mogelijk.
Wanneer de flitsstand is ingesteld op
kunt u de „flitsfrequentie” en „aantal flitsen” rechtstreeks instellen, en wanneer het is ingesteld op
kunt u de „ISO-snelheid” en „diafragmawaarde” rechtstreeks instellen.
Voorzichtig
- Om een instelitem op het instelscherm te selecteren wanneer P.Fn-04 is ingesteld op [1], duwt u de joystick in verticale of horizontale richting.
P.Fn-05: (FE-geheugen)
U kunt selecteren of de flitssterkte die wordt gehandhaafd in de handmatige modus moet worden geüpdatet op basis van de ETTL-flitssterkte.
- 0: OFF (Uitgeschakeld)
- 1: ON (Ingeschakeld)
- 2: ON /
Opmerking
- Wanneer P.Fn-05-2 is ingesteld, verandert de stand niet naar een andere stand dan
of
, zelfs niet wanneer u de joystick omlaag beweegt om
te kiezen. Om een andere modus te selecteren, drukt u de joystick recht in om het instelscherm weer te geven, duwt u het vervolgens in verticale of horizontale richting of draait u aan
om een item te selecteren, en selecteert u tenslotte de modus.
P.Fn-06: (Pieptoon)
U kunt de pieptoon inschakelen die klinkt nadat de Speedlite volledig is opgeladen.
-
0: ON (Ingeschakeld)
Bij normale opnamen (met de flitser op de camera bevestigd) hoort u een pieptoon nadat de Speedlite volledig is opgeladen.
Wanneer de Speedlite is ingesteld als zender bij draadloze flitsfotografie met radiotransmissie, brengt de zender een pieptoon voort nadat alle Speedlites (zenders en ontvangers) volledig zijn opgeladen. De pieptoon van de zender stelt u in staat het opladen van het gehele draadloze systeem te controleren. Op ontvangers kan P.Fn-06 worden ingesteld op [0] of [1]. Wanneer de Speedlite is ingesteld als zender bij draadloze flitsfotografie met optische transmissie, of wanneer Speedlites zijn ingesteld als radio- of optische draadloze ontvangers bij gekoppeld fotograferen (), geeft elke Speedlite die op [0] is ingesteld een pieptoon af wanneer hij volledig is opgeladen.
-
1: OFF (Uitgeschakeld)
De Speedlite brengt geen pieptoon voort.
Voorzichtig
P.Fn-07: (Ventilator)
U kunt instellen wanneer de ventilator in werking moet treden.
- 0: ON (Ingeschakeld)
- 1: OFF (Uitgeschakeld)
Voorzichtig
-
Als de ventilator kapot gaat of wanneer het tpm hoog is, zal er een waarschuwing worden weergegeven en de ventilator stopt.

- Bij het opnemen van een video terwijl de flitser op de camera is gemonteerd, kan het geluid van activering van de ventilator mogelijk worden opgenomen.
- U kunt de ventilator laten stoppen wanneer P.Fn-07-1 is ingesteld.
- Wanneer P.Fn-07-1 is ingesteld, is het aantal continue flitsen lager dan wanneer de ventilator draait en de resterende wachttijd totdat het waarschuwingspictogram verdwijnt wordt verlengd.
- Wanneer P.Fn-07-0 is ingesteld, start de ventilator wanneer de flits- of modellamp gaat branden. De ventilator start mogelijk als de flitser niet flitst, afhankelijk van de interne temperatuur van de flitser.
- Wanneer de ventilator kapot gaat, zal het aantal continue flitsen () hetzelfde zijn als wanneer de ventilator wordt gestopt, ongeacht de P.Fn-07-instelling.
P.Fn-08: (Modellamp (helderheid, kleur))
U kunt de kleur en de helderheid van de modellamp instellen.
Gebruik de joystick om of
te selecteren. Draai aan
en selecteer een optie. Druk daarna de joystick recht in.
(1) Geselecteerde cursorpositie
(2) Standaardindicator
: Druk de joystick in horizontale richting of draai aan
en stel de helderheid van de modellamp in.
: Druk de joystick in horizontale richting of draai aan
en stel de kleurtemperatuur van de modellamp in.
Opmerking
- U kunt de joystick naar links of rechts bewegen wanneer de modellamp brandt, of het
draaien en de joystick verticaal bewegen om de helderheid en kleurtemperatuur te wijzigen.
P.Fn-09: (Modellamp (activeringsduur))
U kunt de activeringsduur van de modellamp instellen.
- 0: 5 min (5 minuten)
- 1: 30 min (5 minuten)
- 2: Unlimited (Onbeperkt)