De flitser inschakelen

  1. Zet de aan-/uitschakelaar op Ingeschakeld.

    • Het opladen van de flitser begint.
    • Tijdens het opladen wordt OPLADEN weergegeven op het LCD-paneel. Na het opladen van de flitser wordt dit niet meer weergegeven en klinkt een pieptoon uit de Speedlite.
  2. Bevestig dat het opladen van de flitser voltooid is.

    • Het gereed-lampje van de flitser verandert als volgt: uitrood (knippert) (Snelle flits klaar) → rood (brandt) (volledig opgeladen).
    • Om een testflits uit te voeren, drukt u op de testflitsknop (gereed-lampje (1)).

Voorzichtig

  • Er kan geen testflits worden uitgevoerd wanneer de timer voor flitsmeting van de camera actief is.

Opmerking

  • De flitsinstellingen blijven behouden, ook nadat de flitser is uitgeschakeld.
  • De pieptoon die klinkt nadat het opladen is voltooid, kan worden uitgeschakeld in P.Fn-05.

Snelle flits

Met snelle flits is flitsfotografie mogelijk, ook wanneer het gereed-lampje nog rood knippert (voordat hij volledig opgeladen is). Dit is beschikbaar in alle transportmodi van de camera. Hoewel de flitssterkte beperkt is tot ongeveer 1/2 tot 1/6 van het volledige vermogen, is deze functie handig voor opnamen met een korter flitsinterval.

Bij handmatige flitsopnamen is snelle flits beschikbaar als de flitssterkte is ingesteld op 1/4 tot 1/1024. Merk op dat snelle flits niet beschikbaar is bij gebruik van stroboscopisch flitsen en bij draadloze flitsopnamen.

Voorzichtig

  • Als snelle flits wordt gebruikt bij continue opname, kan onderbelichting optreden als gevolg van de lagere flitssterkte.

Opmerking

  • Zie LCD-paneelverlichting voor meer informatie over de OPLADEN weergave wanneer de Speedlite is ingesteld als zender bij draadloze flitsfotografie met radiotransmissie.
  • Snelle flits kan worden uitgeschakeld in P.Fn-01.

Automatisch uitschakelen

Deze functie bespaart acculading door de Speedlite automatisch uit te schakelen als deze gedurende ongeveer 90 seconden niet wordt bediend. Om de Speedlite weer in te schakelen, drukt u de ontspanknop van de camera half in of drukt u op de testflitsknop (gereed-lampje).

Automatische uitschakelen treedt na ongeveer 5 minuten in werking wanneer de Speedlite is ingesteld als zender bij draadloze flitsfotografie met radiotransmissie () of is geconfigureerd voor gekoppeld fotograferen ().

Opmerking

  • Automatisch uitschakelen kan worden gedeactiveerd in C.Fn-01.
  • Wanneer de Speedlite op een camera is bevestigd, wordt hij automatisch uitgeschakeld als hij gedurende ongeveer 90 seconden nadat de camera naar de modus automatisch uitschakelen is gegaan niet wordt bediend.

Bediening van de flitser vergrendelen

De werking van de knoppen en wieltjes van de Speedlite kan worden uitgeschakeld door de aan/uit-schakelaar in de stand VERGRENDELEN te zetten. Dit kan helpen voorkomen dat de instellingen van de Speedlite per ongeluk worden gewijzigd.

Op het LCD-paneel wordt VERGRENDELD weergegeven wanneer een knop of wieltje wordt bediend.

Opmerking

  • Zelfs als de aan/uit-schakelaar in de stand VERGRENDELEN staat, zijn het uitvoeren van een testflits en het laten branden van de modellamp mogelijk. Merk op dat het LCD-paneel oplicht als reactie op het bedienen van een knop of wiel.

LCD-paneelverlichting

Het LCD-paneel licht gedurende ongeveer 12 seconden (Timer 12 seconden) op als reactie op het bedienen van een knop of wiel.

Zie LCD-paneelverlichting voor meer informatie over de LCD-paneelverlichting wanneer de Speedlite is ingesteld als zender bij draadloze flitsfotografie met radiotransmissie.

Opmerking

  • De LCD-paneelverlichting kan worden gewijzigd in C.Fn-22.