Opnamen met flitser

1. De camera en de flitseenheid voorbereiden

   • Wanneer u een externe flitser gebruikt, bevestigt u deze op de camera.
   • In het geval van een interne flitser, klapt u de flitser uit.

2. Verbind de camera en de computer.

3. Start EU ().

4. Klik op [Remote Shooting/Opnamen op afstand].

   

5. Klik op [].

   

6. Klik op [Flash function settings/Flitsfunctie-instellingen].

   
   • Welke informatie wordt weergegeven hangt af van de camera die is aangesloten.
   • Als [Raise built-in flash/Ingebouwde flitser uitklappen] wordt weergegeven, klikt u hierop om de interne flitser uit te klappen.

7. Configureer de instellingen naar behoefte.

   • Welk venster wordt geopend, hangt af van de camera die is aangesloten en de flitser die wordt gebruikt.

   • Het vervolgkeuzemenu [Built-in flash/Interne flitser] wordt geopend zodra de EOS 77D, 760D, 800D of de 750D wordt aangesloten. Als u functies voor draadloos flitsen wilt gebruiken, kiest u [EasyWireless/Eenvoudig draadloos] of [CustWireless/Aangepast draadloos]. Als u de functies voor draadloos flitsen wilt uitschakelen, kiest u [NormalFiring/Normale flits].

     
     1. Bevestig deze optie als u deze wilt kiezen.
     2. Klik in het menu dat wordt geopend op Items instellen en vervolgens op Opties*.
     3. De knop [Wireless func./Draadloze func.]
     4. Schakel de draadloze functie in, klik in het menu dat wordt geopend op Items instellen en vervolgens op Opties*.

     U kunt voor deze menu's ook het bladerwieltje gebruiken.

     Let op

     • Het venster [Flash function settings/Flitsfunctie-instellingen] in EU wordt automatisch gesloten als een menu voor Speedlite-besturing op de camera wordt weergegeven.

     Opmerking

     • Klik op [Modeling flash/Instellicht] om gebruik te maken van instellicht. Opmerking: instellicht mag continu niet meer dan 10 keer na elkaar worden gebruikt.

       Raadpleeg de Speedlite-instructiehandleiding voor meer informatie.

     • Klik op [] om de gegevens in het venster [Flash function settings/Flitsfunctie-instellingen] bij te werken zodat deze overeenkomen met de huidige flitsinstellingen.

       (Alle instellingswijzigingen die op de flitseenheid zelf zijn gemaakt, worden niet weergegeven in het venster [Flash function settings/Flitsfunctie-instellingen]. Klik op [] om het venster [Flash function settings/Flitsfunctie-instellingen] bij te werken zodat deze overeenkomen met de huidige flitsinstellingen.)

     • Flitsinstellingen kunnen als bestand, los van beelden, worden opgeslagen. Klik hiervoor op [Save/Opslaan]. Deze bestanden kunnen ook in EU worden geladen en worden gebruikt bij andere opnamen. Klik hiervoor op [Load/Laden].

     • Flitser kan ook worden gebruikt voor het maken van Live view-opnamen op afstand ().

       Instellicht daarentegen is niet beschikbaar voor het maken van Live view-opnamen op afstand.

     • Welke instellingen beschikbaar zijn in het venster [Flash function settings/Flitsfunctie-instellingen] hangt af van de camera en flitser die worden gebruikt.

8. Klik op [] om de opname te maken.

   
   • Beweeg de cursor over [] om AF/AE uit te voeren () wanneer de AF/MF-schakelaar is ingesteld op [AF].