Audio-instellingen
Configureer de microfoons die worden gebruikt bij video-opnamen. Zorg dat u bij het gebruik van externe microfoons ook de instructiehandleiding van de externe microfoons raadpleegt.
-
Selecteer het apparaat dat u wilt gebruiken.
-
Ingebouwde microfoon
Instellingen configureren voor de ingebouwde microfoon.
-
Externe microfoon
Instellingen configureren voor externe microfoons die gebruikmaken van de IN-aansluiting van de externe microfoon.
-
Invoer hot shoe
Instellingen configureren voor externe microfoons die zijn ontworpen voor een multifunctieschoen.
-
-
Stel het item in.
Bij instelling op [Ingebouwde microfoon]
Bij instelling op [Externe microfoon]
Bij instelling op [Invoer hot shoe]
- De beschikbare instellingen variëren met de gebruikte microfoon.
Audioruisreductie
Als u opneemt met de ingebouwde microfoon, vermindert deze functie continue witte ruis.
-
Uitschak.
Schakelt audioruisreductie uit.
-
Inschak.
Schakelt audioruisreductie in.
Waarschuwing
- De audiokwaliteit kan anders zijn wanneer dit is ingesteld op [Inschak.] in plaats van [Uitschak.].
- Door de vermindering van witte ruis kunnen andere geluiden beter hoorbaar worden.
- Test opnamen van tevoren, want de effectiviteit van audioruisreductie en de veranderingen in audiokwaliteit variëren op basis van de opnameomstandigheden.
- Om audioruis in de uitvoer van de hoofdtelefoon te verminderen configureert u [Audiomonitoring] ().
Opnamemodus

-
Automatisch
Het geluidsopnameniveau wordt automatisch aangepast. Automatische niveauregeling werkt automatisch in reactie op het geluidsniveau.
-
Handmatig
U kunt het geluidsopnameniveau aanpassen. Pas het niveau aan in [Opname niveau].
Opmerking
-
Opnameniveaus worden weergegeven in een niveaumeter onder aan het scherm.
Opnameniveau

Beschikbaar wanneer [Opnamemodus] is ingesteld op [Handmatig].
Als u het geluidsopnameniveau wilt aanpassen, draait u aan het wiel terwijl u naar de niveaumeter kijkt. Kijk op de piekenindicator en pas het niveau dusdanig aan dat de niveaumeter soms rechts van de markering 12 (-12 dB) oplicht voor de hardste geluiden. Indien dit meer is dan 0, wordt het geluid vervormd.
Windfilter

Beschikbaar wanneer u de ingebouwde microfoon gebruikt, of de externe multifunctieschoenmicrofoons die compatibel zijn met windfilters.
Ingesteld op [Auto] om geluidsstoring te verminderen bij winderige buitenopnamen. Wanneer de windfilterfunctie is geactiveerd, worden ook lage bastonen verminderd.
Demper
Met deze functie wordt geluidsvervorming tijdens opnamen onderdrukt. De functie kan worden ingesteld met een externe microfoon die is ontworpen voor een multifunctieschoen. Raadpleeg voor meer informatie de instructiehandleiding voor de externe microfoon met multifunctieschoen.
Opmerking
- De demper functioneert automatisch bij gebruik van een ingebouwde microfoon of een externe microfoon. De instellingen kunnen worden gewijzigd wanneer u een externe microfoon gebruikt die is ontworpen voor een multifunctieschoen.
Richtbaarheid van microfoon
Beschikbaar bij het gebruik van een externe microfoon die is ontworpen voor een multifunctieschoen waarvoor de richting kan worden gewijzigd. Raadpleeg voor meer informatie de instructiehandleiding voor de externe microfoon die is ontworpen voor een multifunctieschoen waarvoor de richting kan worden gewijzigd.