Gebruikersfuncties en persoonlijke functies instellen

U kunt de functies van de Speedlite afstemmen op uw fotografievoorkeuren. De functies hiervoor worden gebruikersfuncties en persoonlijke functies genoemd. Persoonlijke functies maken ook aanpassingen mogelijk speciaal voor de EL-10.

C.Fn: Gebruikersfuncties

  1. Druk op de knop SUBMENU.

  2. Geef het scherm met gebruikersfuncties weer.

    • Draai aan het wiel Selectiewiel om C.Fn te selecteren en druk vervolgens op Selecteren/instellen.
    • Het scherm met gebruikersfuncties wordt weergegeven.
  3. Selecteer een optie om in te stellen.

    • Draai aan het wiel Selectiewiel om een optie (cijfer) te selecteren om in te stellen.
  4. Wijzig de instelling.

    • Druk op Selecteren/instellen.
    • Draai aan het wiel Selectiewiel om een de gewenste optie te selecteren en druk vervolgens op Selecteren/instellen.
    • Druk op de knop Ongedaan maken om de instellingen af te sluiten.

P.Fn: Persoonlijke functies

  1. Druk op de knop SUBMENU.

  2. Geef het scherm met persoonlijke functies weer.

    • Selecteer P.Fn zoals in stap 2 voor gebruikersfuncties en druk vervolgens op Selecteren/instellen.
  3. Stel de functie in.

    • Stel de persoonlijke functies in zoals in stap 3 en 4 voor de gebruikersfuncties.

Lijst gebruikersfuncties

Lijst persoonlijke functies

Alle gebruikersfuncties/persoonlijke functies wissen

Selecteer C.Fn wissen of P.Fn wissen op het scherm hierboven en selecteer daarna OK om alle persoonlijke functies of aangepaste functies te wissen.

Voorzichtig

  • Als u alle gebruikersfuncties wist, wordt C.Fn-00 niet gewist.

Opmerking

  • U kunt de gebruikersfuncties van Speedlite ook instellen en wissen via het cameramenu ().
  • Alle gebruikersfuncties/persoonlijke functies die zijn geregistreerd in de aangepaste flitsmodi Aangepaste flitsmodus 1, Aangepaste flitsmodus 2 en Aangepaste flitsmodus 3 worden gewist.