Controlevenster

Het controlevenster in het hoofdvenster biedt een grotere weergave met beelden in de vorm van miniaturen. Op deze manier kunnen beelden snel worden bekeken en worden gelabeld.

  1. Selecteer meerdere beelden om te bekijken.

  2. Klik op [Quick Check/Controle].

  3. Klik op [Vorige] of op [Volgende] om te schakelen tussen de beelden die u aan het bekijken bent.

    Controlevenster

    • Klik op [Eerste] om naar het eerste en op [Laatste] om naar het laatste beeld te gaan.
    • Klik op [Terug] om terug te keren naar het hoofdvenster.
    • Selecteer [AF points/AF-punten] om de AF-punten weer te geven die op het moment van opname zijn gebruikt.

  4. Klik op het gebied dat u wilt vergroten.

    • Klik midden in dit gebied op (1). Het beeld wordt weergegeven op 100% en op ware pixelgrootte.
    • U kunt het weergavegebied wijzigen door over het beeld te slepen.
    • Klik op [Vergroten/verkleinen met 50%] om de helft van de grootte van het beeld weer te geven. Klik nogmaals om het volledige beeld te bekijken.
    • Klik op [Naar beneden] naast [Vergroten/verkleinen met 50%] om de vergroting aan te passen.
    • Klik op [Terug] om het controlevenster te sluiten.

Let op

  • Videobestanden worden niet in het controlevenster weergegeven.
  • AF-punten worden niet weergegeven voor deze beelden:
    • Beelden na formaatwijziging opgeslagen en naar een andere indeling geconverteerd
    • Beelden waarvoor op de camera RAW-beeldbewerking was ingesteld op vervormingscorrectie of correctie van chromatische aberratie
    • Beelden met meervoudige belichting
    • HDR-beelden
  • Resultaten van de Beeldbewerkingstool neuraal netwerk () kunnen niet in het Controlevenster worden gecontroleerd.

Opmerking

  • Als u wilt dat uitsluitend uw geselecteerde beelden in het controlevenster worden weergegeven, selecteert u de miniaturen in het hoofdvenster en klikt u vervolgens op [Quick Check/controle].
  • De meeste van deze bewerkingen kunnen ook worden uitgevoerd door met de rechtermuisknop (in Windows) of met Control-klik (in macOS) op het beeld te klikken.

Schakelen tussen weergaven met het toetsenbord

Schakelen van het weergegeven beeld

Windows

  • Als u wilt schakelen tussen beelden, drukt u op de toets → of op de toets ←.
  • Als u wilt schakelen tussen volledige schermweergave en normale weergave drukt u op de toetsen Alt+Enter.

macOS

  • Als u wilt schakelen tussen beelden, drukt u op de toetsen Opdracht+→ of Opdracht+←.