Aangepaste opnamemodus (C1–C3)

In de modus Video's kunt u de huidige camera-instellingen, zoals de opnamemodus, het menu en persoonlijke voorkeuze-instellingen, registreren als aangepaste opnamemodi toegewezen aan de modi [C1] tot en met [C3].

  1. Selecteer [Instellen: Aangep. opnamemodus (C1-C3)] ().

  2. Selecteer [Registreer instellingen].

  3. Leg de gewenste items vast.

    • Selecteer de aangepaste opnamemodus voor registratie en selecteer vervolgens [OK] op het scherm [Registreer instellingen].
    • De huidige camera-instellingen worden vastgelegd in de Aangepaste opnamemodus C*.
    • Afhankelijk van de menu-items worden opties die in andere opnamemodi zijn gewijzigd, mogelijk niet meegenomen naar de instellingen van aangepaste opnamemodi.

Automatisch bijwerken van opgeslagen instellingen

Als u een instelling wijzigt tijdens opname in de Aangepaste opnamemodus, kan de modus automatisch worden bijgewerkt met de nieuwe instelling (Automatisch bijwerken). Stelt bij stap 2 [Inst. aut. bijw.] in op [Inschak.] om automatisch bijwerken te activeren.

Waarschuwing

  • Bij verbinding via USB (UVC/UAC) () worden geregistreerde instellingen niet automatisch bijgewerkt.

Opgeslagen aangepaste opnamemodi annuleren

Als u [Wis instellingen] selecteert in stap 2, kunnen de instellingen van elke modus worden hersteld naar de standaardinstellingen, zoals deze waren voorafgaand aan registratie.

Opmerking

  • U kunt opname- en menu-instellingen ook wijzigen in de Aangepaste opnamemodi.