Datum/tijd/zone
Als u de camera voor het eerst inschakelt of als de datum/tijd/zone opnieuw zijn ingesteld, gaat u als volgt te werk om eerst de tijdzone in te stellen.
Door eerst de tijdzone in te stellen kunt u deze instelling gemakkelijk in de toekomst aanpassen als dat nodig is waarna datum/tijd aan de hand daarvan worden bijgewerkt.
Omdat de vastgelegde beelden worden aangevuld met de opnamedatum en -tijd, moet u de datum en tijd goed instellen.
-
Stel de tijdzone in.
- Gebruik de toetsen
om [Tijdzone] te selecteren en druk op
.
- Druk op
.
- Gebruik de toetsen
om de zone te selecteren en druk op
.
- Als uw tijdzone niet in de lijst voorkomt, druk dan op de knop
en stel het verschil met UTC in [Tijdverschil] in.
- Gebruik de toetsen
om een optie voor [Tijdverschil] te selecteren (+–/uur/minuut) en druk op
.
- Stel in met de toetsen
en druk op
.
- Selecteer [OK] na het instellen van de tijdzone of het tijdverschil.
- Gebruik de toetsen
-
Stel de datum en de tijd in.
- Selecteer een optie met de toetsen
en druk op
.
- Stel in met de toetsen
en druk op
.
- Selecteer een optie met de toetsen
-
Stel de zomertijd in.
- Stel dit naar wens in.
- Selecteer [
] of [
] en druk vervolgens op
.
- Wanneer de zomertijd wordt ingesteld op [
], wordt de tijd die u bij stap 3 hebt ingesteld één uur vooruit gezet. Als [
] wordt ingesteld, wordt de zomertijd uitgeschakeld en wordt de tijd één uur teruggezet.
-
Verlaat de instelling.
- Selecteer [OK].
Waarschuwing
- De datum-, tijd- en tijdzone-instellingen kunnen worden teruggezet als de camera zonder accu wordt opgeslagen, als de accu leeg raakt of als deze gedurende langere tijd wordt blootgesteld aan temperaturen onder het vriespunt. Als dit gebeurt, stelt u de datum en tijd opnieuw in.
- Controleer nadat u [Zone/tijdverschil] hebt veranderd of de juiste datum/tijd worden aangegeven.
Opmerking
- De tijd voor Auto uitschakelen kan worden verlengd terwijl het scherm [
: Datum/tijd/zone] wordt weergegeven.