Creatieve hulp
U kunt RAW-beelden verwerken door uw voorkeurseffecten toe te passen en deze op te slaan als JPEG-bestanden.
-
Selecteer een beeld.
- Draai aan het snelinstelwiel
om de te verwerken beelden te selecteren en druk vervolgens op
.
- Draai aan het snelinstelwiel
-
Selecteer een effect.
- Gebruik het wiel
om het filtereffect te selecteren.
- Door [Voorinstelling] te selecteren en op
te drukken kunt u [VIVID], [SOFT] of andere vooraf ingestelde effecten kiezen. [AUTO1], [AUTO2] en [AUTO3] zijn effecten die door de camera worden aanbevolen op basis van de beeldomstandigheden.
- U kunt effecten als [Helderheid] of [Contrast] selecteren door op
te drukken en vervolgens het wiel
te gebruiken.
- Druk op
wanneer de aanpassing is voltooid.
- Om de instellingen te resetten drukt u op [Reset] en selecteert u [OK] nadat een bevestigingsbericht is weergegeven.
- Druk op de knop
om het effect te bevestigen.
- Gebruik het wiel
-
Selecteer [OK] om het beeld op te slaan.