Reageren op foutmeldingen

Wanneer een fout optreedt, kunt u op een van de volgende manieren meer informatie over de fout weergeven. Verhelp vervolgens de oorzaak van de fout aan de hand van de voorbeelden in dit hoofdstuk.

  • Druk op het [Info bekijken]-scherm op de knop Snel instellen-/instelknop.
  • Selecteer [Foutdetails] op het [Wi-Fi aan]-scherm.
11 12
21 22 23
61 63 64 65 66 67 68 69
91
121 125 126 127
130 131 132 133 134 135
141 142

Opmerking

  • Wanneer zich een fout voordoet, wordt rechtsboven op het scherm [Wi-Fi-/Bluetooth-verbinding] de melding [Err**] weergegeven. De melding verdwijnt wanneer de aan-/uitschakelaar van de camera op Uitschakelen wordt gezet.

11: Verb.doel niet gevonden

  • In het geval van [Smartphone], wordt Camera Connect uitgevoerd?

    • Maak verbinding met behulp van Camera Connect ().
  • In het geval van [Computer]: wordt de EOS-software uitgevoerd?

    • Start de EOS-software en breng de verbinding opnieuw tot stand ().
  • In het geval van [Printer]: is de printer ingeschakeld?

    • Schakel de printer in.
  • Zijn de camera en het access point zo ingesteld dat ze hetzelfde wachtwoord voor de verificatie gebruiken?

    • Deze fout doet zich voor als verschillende wachtwoorden worden gebruikt en de verificatiemethode voor de encryptie is ingesteld op [Open systeem].

      Controleer de hoofd- en kleine letters en zorg ervoor dat het juiste wachtwoord voor de authenticatie op de camera is ingesteld ().

12: Verb.doel niet gevonden

  • Zijn het doelapparaat en access point ingeschakeld?

    • Schakel het doelapparaat en het access point in, en wacht even. Als er nog altijd geen verbinding tot stand wordt gebracht, voert u de procedure om verbinding te maken opnieuw uit.

21: Geen adres toegewezen door DHCP server

Controleren op de camera

  • Het IP-adres op de camera is ingesteld op [Autom. instellen]. Is dit de juiste instelling?

    • Als u geen DHCP-server gebruikt, geeft u de instellingen op nadat u het IP-adres op de camera op [Handm. Instellen] hebt ingesteld ().

Controleren op de DHCP-server

  • Is de DHCP-server ingeschakeld?

    • Schakel de DHCP-server in.
  • Zijn er genoeg adressen om te worden toegekend door de DHCP-server?

    • Verhoog het aantal adressen dat door de DHCP-server wordt toegekend.
    • Verwijder apparatuur met door de DHCP-server toekende adressen van het netwerk om het aantal gebruikte adressen te verminderen.
  • Werkt de DHCP-server correct?

    • Controleer de instellingen van de DHCP-server om na te gaan of deze goed werkt als DHCP-server.
    • Vraag zo nodig uw netwerkbeheerder of de DHCP-server beschikbaar is.

22: Geen respons van DNS server

Controleren op de camera

  • Komt de IP-adresinstelling van de DNS-server op de camera overeen met het werkelijke IP-adres van de DNS-server?

    • Stel het IP-adres in op [Handm. Instellen] en geef op de camera hetzelfde IP-adres op als de gebruikte DNS-server ().

Controleren op de DNS-server

  • Is de DNS-server ingeschakeld?

    • Schakel de DNS-server in.
  • Zijn de DNS-serverinstellingen voor IP-adressen en bijbehorende namen correct?

    • Controleer op de DNS-server of de instellingen voor IP-adressen en bijbehorende namen correct zijn.
  • Werkt de DNS-server correct?

    • Controleer de DNS-serverinstellingen om na te gaan of deze goed werkt als DNS-server.
    • Vraag zo nodig uw netwerkbeheerder of de DNS-server beschikbaar is.

Controleren in het hele netwerk

  • Heeft uw netwerk een router of vergelijkbaar apparaat dat dienst doet als gateway?

    • Vraag uw netwerkbeheerder zo nodig naar het adres van de netwerkgateway en voer dit in op de camera (, ).
    • Controleer of het gateway-adres correct is ingevoerd op alle netwerkapparaten, inclusief de camera.

23: Device met zelfde IP-adres bestaat op gesel. netwerk

  • Gebruikt een ander apparaat in het cameranetwerk hetzelfde IP-adres als de camera?

    • Wijzig het IP-adres van de camera om te voorkomen dat twee apparaten op het netwerk hetzelfde adres gebruiken. U kunt ook het IP-adres van het andere apparaat met het dubbele adres wijzigen.
    • Als het IP-adres van de camera in een netwerkomgeving met een DHCP-server is ingesteld op [Handm. Instellen], wijzigt u de instelling in [Autom. instellen] ().

Opmerking

  • Reageren op foutmeldingen 21-23

  • Let ook op de volgende punten wanneer u problemen met foutnummer 21–23 verhelpt.

    Zijn de camera en het access point zo ingesteld dat ze hetzelfde wachtwoord voor de verificatie gebruiken?

    • Deze fout doet zich voor als verschillende wachtwoorden worden gebruikt en de verificatiemethode voor de encryptie is ingesteld op [Open systeem]. Controleer de hoofd- en kleine letters en zorg ervoor dat het juiste wachtwoord voor de authenticatie op de camera is ingesteld ().

61: Geselect. SSID wireless LAN network niet gevonden

  • Zijn er obstakels tussen de camera en de antenne van het access point?

    • Verplaats de antenne van het access point zo dat deze duidelijk te zien is vanaf het punt waar u de camera gebruikt ().

Controleren op de camera

  • Zijn de SSID-instelling van de camera en die van het access point hetzelfde?

    • Controleer de SSID van het access point en stel de SSID op de camera overeenkomstig in.

Controleren bij het access point

  • Is het access point ingeschakeld?

    • Schakel het access point in.
  • Wordt op MAC-adres gefilterd en is het MAC-adres van de gebruikte camera bij het access point geregistreerd?

    • Registreer het MAC-adres van de camera bij het access point. U kunt het MAC-adres controleren op het scherm [Info bekijken] ().

63: Wireless LAN-verificatie- fout

  • Zijn de camera en het access point zo ingesteld dat ze dezelfde verificatiemethode gebruiken?

    • De camera ondersteunt de volgende verificatiemethoden: [Open systeem], [Shared Key] en [WPA/WPA2-PSK].
  • Zijn de camera en het access point zo ingesteld dat ze hetzelfde wachtwoord voor de verificatie gebruiken?

    • Controleer de hoofd- en kleine letters en zorg ervoor dat het juiste wachtwoord voor de authenticatie op de camera is ingesteld.
  • Wordt op MAC-adres gefilterd en is het MAC-adres van de gebruikte camera bij het access point geregistreerd?

    • Registreer het MAC-adres van de camera bij het access point. U kunt het MAC-adres controleren op het scherm [Info bekijken] ().

64: Kan niet verbinden met wireless LAN-terminal

  • Zijn de camera en het access point zo ingesteld dat ze dezelfde encryptiemethode gebruiken?

    • De camera ondersteunt de volgende encryptiemethoden: WEP, TKIP en AES.
  • Wordt op MAC-adres gefilterd en is het MAC-adres van de gebruikte camera bij het access point geregistreerd?

    • Registreer het MAC-adres van de camera bij het access point. U kunt het MAC-adres controleren op het scherm [Info bekijken] ().

65: Wireless LAN-verbinding verbroken

  • Zijn er obstakels tussen de camera en de antenne van het access point?

    • Verplaats de antenne van het access point zo dat deze duidelijk te zien is vanaf het punt waar u de camera gebruikt.
  • De Wi-Fi-verbinding is om een of andere reden verbroken en kan niet worden hersteld.

    • Deze reden kan onder andere zijn: te intensief gebruik van het access point door een ander apparaat, een magnetron of soortgelijk apparaat dat in de buurt van het access point wordt gebruikt (verstoring van IEEE 802.11b/g/n (2,4 GHz-band)), of invloed van regen of hoge luchtvochtigheid ().

66: Onjuist wachtwoord voor wireless LAN

  • Zijn de camera en het access point zo ingesteld dat ze hetzelfde wachtwoord voor de verificatie gebruiken?

    • Controleer de hoofd- en kleine letters en zorg ervoor dat het juiste wachtwoord voor de authenticatie op de camera is ingesteld.

67: Onjuiste wireless LAN encryptie methode

  • Zijn de camera en het access point zo ingesteld dat ze dezelfde encryptiemethode gebruiken?

    • De camera ondersteunt de volgende encryptiemethoden: WEP, TKIP en AES.
  • Wordt op MAC-adres gefilterd en is het MAC-adres van de gebruikte camera bij het access point geregistreerd?

    • Registreer het MAC-adres van de camera bij het access point. U kunt het MAC-adres controleren op het scherm [Info bekijken] ().

68: Kan niet verbinden met wireless LAN-terminal. Start opnieuw.

  • Hebt u de WPS-knop (Wi-Fi Protected Setup) op het access point lang genoeg ingedrukt?

    • Houd de WPS-knop zo lang ingedrukt als in de instructiehandleiding van het access point is opgegeven.
  • Probeert u verbinding te maken in de buurt van het access point?

    • Probeer verbinding te maken wanneer beide apparaten zich binnen elkaars bereik bevinden.

69: Meerdere wireless LAN-terminals gevonden. Kan geen verbinding maken. Start opnieuw.

  • Er wordt verbinding gemaakt door andere access points in Pushbutton Connection-modus (PBC-modus) van WPS (Wi-Fi Protected Setup).

    • Wacht even voordat u verbinding probeert te maken.

91: Andere fout

  • Er heeft zich een probleem voorgedaan met een andere foutnummercode dan 11–69.

    • Schakel de aan-/uitschakelaar van de camera uit en weer in.

121: Onvoldoende vrije ruimte op server

  • De doelwebserver beschikt over onvoldoende vrije ruimte.

    • Verwijder overbodige beelden van de webserver, controleer de vrije ruimte op de webserver en probeer vervolgens de gegevens opnieuw te verzenden.

125: Controleer de netwerkinstellingen

  • Is er verbinding met het netwerk?

    • Controleer de verbindingsstatus van het netwerk.

126: Kon geen verbinding maken met server

  • Kan geen verbinding maken met de webservice.

    • Probeer later opnieuw toegang te krijgen tot de dienst.
  • Is er verbinding met het netwerk?

    • Controleer de verbindingsstatus van het netwerk.

127: Er is een fout opgetreden

  • Tijdens het verbinden van de camera met de webservice heeft zich een ander probleem voorgedaan dan foutnummercode 121 t/m 126.

    • Probeer opnieuw om de Wi-Fi-verbinding met image.canon tot stand te brengen.

130: De server is bezet
Wacht even en probeer het opnieuw

  • De website image.canon is momenteel niet beschikbaar.

    • Probeer later opnieuw toegang te krijgen tot image.canon via Wi-Fi.

131: Probeer het nogmaals

  • Er is een fout opgetreden bij het verbinden met image.canon via Wi-Fi.

    • Probeer opnieuw om de Wi-Fi-verbinding met image.canon tot stand te brengen.

132: Fout gevonden op server
Probeer het later nogmaals

  • De website image.canon is momenteel offline voor onderhoud.

    • Probeer later opnieuw toegang te krijgen tot image.canon via Wi-Fi.

133:

  • Er is een fout opgetreden bij het inloggen op image.canon.

    • Controleer de instellingen van image.canon.
    • Probeer later opnieuw toegang te krijgen tot image.canon via Wi-Fi.

134: Stel de juiste datum en tijd in

  • De instellingen voor datum, tijd en tijdzone en onjuist.

    • Controleer de instellingen [Instellen: Datum/tijd/zone].

135: Instellingen webservice zijn gewijzigd

  • De instellingen voor image.canon zijn gewijzigd.

    • Controleer de instellingen van image.canon.

141: Printer is bezig. Probeer opnieuw te verbinden.

  • Is de printer bezig met printen?

    • Probeer nogmaals de Wi-Fi-verbinding met de printer op te zetten nadat het printproces is voltooid.
  • Heeft een andere camera verbinding gemaakt met de printer via Wi-Fi?

    • Probeer nogmaals de Wi-Fi-verbinding met de printer op te zetten nadat de Wi-Fi-verbinding met de andere camera is verbroken.

142: Kon printergegevens niet inlezen. Maak nieuwe verbinding om het opnieuw te proberen.

  • Is de printer ingeschakeld?

    • Probeer nogmaals de Wi-Fi-verbinding op te zetten nadat de printer is ingeschakeld.