De eerste en laatste scènes van een film bewerken
-
Druk in de weergave van één beeld op
.
-
Selecteer [
].
- De film wordt afgespeeld.
-
Druk op
om de film te onderbreken.
-
Selecteer [
] op het filmafspeelpaneel.
-
Geef aan welk deel moet worden verwijderd.
- Selecteer ofwel [
] (Snijden begin), ofwel [
] (Snijden eind).
- Druk op de pijltjestoetsen
om één frame (of videosnapshot) per keer terug of vooruit te gaan. Blijf de pijltjestoets
ingedrukt houden om snel vooruit te spoelen.
- Nadat u hebt bepaald welk deel u wilt verwijderen, drukt u op
. Het deel dat door een lijn onderin het scherm is gemarkeerd, blijft over.
- Selecteer ofwel [
-
Controleer de bewerkte film.
- Selecteer [
] om de bewerkte film af te spelen.
- Ga terug naar stap 5 om het bewerkte deel te wijzigen.
- Druk op de knop
om het bewerken te annuleren.
- Selecteer [
-
Sla op.
- Selecteer [
] (1).
- Het scherm Opslaan wordt weergegeven.
- Om het resultaat als nieuw bestand op te slaan, kiest u [Nieuw bestand]. Om het resultaat op te slaan en de originele film te overschrijven, selecteert u [Overschrijven].
- Selecteer [
] (2) om een gecomprimeerde versie van het bestand op te slaan. 4K-films worden vóór de compressie geconverteerd naar Full HD-films.
- Selecteer [OK] op het bevestigingsscherm om de bewerkte film op te slaan en terug te keren naar het filmafspeelscherm.
- Selecteer [
Waarschuwing
- Aangezien bewerkingen in tussenstappen van circa 1 sec. worden uitgevoerd (op de positie aangegeven met [
] onderaan het scherm) kan de exacte positie waar films worden geknipt, afwijken van de positie die u hebt aangegeven.
- Films die met een andere camera zijn opgenomen, kunnen niet met deze camera worden bewerkt.
- U kunt geen films bewerken wanneer de camera is aangesloten op een computer.
- [
] is niet beschikbaar voor films die zijn gemaakt met [Gecompr. versie opslaan], omdat het niet mogelijk is dergelijke films nog verder te comprimeren en op te slaan.
Opmerking
- Zie Album maken voor instructies voor het bewerken van videosnapshotalbums.