Opnamen maken met Speedlites

EL/EX-serie Speedlites voor EOS-camera's

De camera ondersteunt flitsfotografie met behulp van alle functies van Speedlites uit de EL/EX-serie (afzonderlijk verkrijgbaar).

Raadpleeg de instructiehandleiding van de Speedlite uit de EL/EX-serie voor instructies.

Canon Speedlites die niet tot de EL/EX-serie behoren

  • Wanneer Speedlites uit de EZ-/E-/EG-/ML-/TL-serie worden ingesteld op de automatische A-TTL- of TTL-flitsmodus, werkt de flitser alleen op volledig vermogen.

    Stel de opnamemodus van de camera in op Handmatige belichting of AE met diafragmavoorkeuze en pas de diafragmawaarde aan voordat u de opname maakt.

  • Als u een Speedlite gebruikt die over een modus voor handmatig flitsen beschikt, maakt u de opname in de modus voor handmatig flitsen.

Niet-Canon-flitseenheden

Synchronisatiesnelheid

De camera kan bij maximaal 1/200 seconde synchroniseren met compacte flitseenheden die niet van het merk Canon zijn. Met grote studioflitsers is de flitsduur langer dan die van een compacte flitser en dit varieert afhankelijk van het model. Voordat u gaat fotograferen, moet u controleren of de flitsersynchronisatie correct wordt uitgevoerd door enkele testopnamen te maken met een synchronisatiesnelheid van ongeveer 1/60 seconden tot 1/30 seconden.

Waarschuwing

  • Klap de ingebouwde flitser met de hand in voordat u een externe flitseenheid aansluit.
  • Het gebruik van de camera met een speciale flitseenheid of flitsaccessoire voor camera's van andere fabrikanten brengt het risico van storingen en zelfs schade met zich mee.
  • Plaats geen hogespanningsflitseenheden op de flitsschoen van de camera. Deze werkt dan mogelijk niet.