Aanpassen van beeldstijlen

U kunt elke beeldstijl aanpassen door de standaardinstellingen te wijzigen. Voor meer informatie over aanpassing van [Monochroom] raadpleegt u Monochroom Monochroom aanpassen.

  1. Selecteer [Opnamen maken: Beeldstijl].

  2. Selecteer een beeldstijl.

    • Selecteer de beeldstijl die u wilt aanpassen en druk vervolgens op de knop INFO.
  3. Selecteer een optie.

    • Selecteer een optie en druk vervolgens op de knop Stel instellen/Instellen.
    • Voor meer informaties over instellingen en effecten raadpleegt u Instellingen en effecten.
  4. Stel het effectniveau in.

    • Pas het effectniveau aan en druk vervolgens op de knop Stel instellen/Instellen.
    • Druk op de knop MENU om de aangepaste instelling op te slaan en terug te keren naar het selectiescherm voor Beeldstijl.
    • Alle instellingen waarvoor u de standaardwaarden wijzigt, worden weergegeven in blauw.

Opmerking

  • Voor video-opname kunnen [Details] en [Drempel] voor [Scherpte] niet worden ingesteld (niet weergegeven).
  • Door bij stap 3 [Stand.inst.] te selecteren, kunt u de standaardparameterinstellingen van de respectieve beeldstijl herstellen.
  • Als u opnamen wilt maken met de aangepaste beeldstijl, selecteert u eerst de aangepaste beeldstijl en maakt u vervolgens de opnamen.

Instellingen en effecten

Scherpte Scherpte
Sterkte Sterkte 0: Zwak benadrukken van de contouren 7: Sterk benadrukken van de contouren
Details Details*1 1: Fijn 5: korrelig
Drempel Drempel*2 1: Laag 5: Hoog
Contrast Contrast -4: laag contrast +4: hoog contrast
Verzadiging Verzadiging -4: lage verzadiging +4: hoge verzadiging
Kleurtoon Kleurtoon -4: roodachtige huidtint +4: geelachtige huidtint

1: Geeft de dikte van de rand aan waarop de verbetering van toepassing is. Hoe kleiner het getal, hoe fijner de contouren die kunnen worden benadrukt.

2: Contrastdrempel tussen de randen en de omringende beeldgebieden, die bepalend is voor de randverbetering. Hoe kleiner het getal, hoe meer de contouren zullen worden benadrukt wanneer het verschil in contrast laag is. Ruis is echter meer zichtbaar wanneer het getal kleiner is.

Monochroom Monochroom aanpassen

FiltereffectFiltereffect

U kunt op een monochroom beeld witte wolken of groene bomen meer laten afsteken door een filtereffect toe te passen.

Filter Voorbeeldeffecten
N:Geen Normaal zwart-witbeeld zonder filtereffecten.
Ye:Geel Blauwe lucht ziet er natuurlijker uit en witte wolken lijken scherper.
Or:Oranje De blauwe lucht ziet er iets donkerder uit. De zonsondergang ziet er stralender uit.
R:Rood De blauwe lucht ziet er behoorlijk donker uit. Herfstbladeren zien er scherper en helderder uit.
G:Groen Huidtinten en lippen zien er zachter uit. Groene boombladeren zien er levendiger en helderder uit.

Opmerking

  • Door [Contrast] te verhogen wordt het filtereffect opvallender.

ToningeffectToningeffect

Door een toningeffect toe te passen kunt u een monochroom beeld in de geselecteerde kleur maken. Dit is handig wanneer u onvergetelijke beelden wilt maken.