M: Handmatige belichting

In deze modus stelt u zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde naar wens in. Raadpleeg de indicator voor het belichtingsniveau of gebruik een in de handel verkrijgbare belichtingsmeter om de belichting te bepalen.

Handmatige belichting staat voor handmatig.

  1. Stel het programmakeuzewiel in op Handmatige belichting.

  2. Stel de ISO-snelheid in ().

    • Draai aan het instelwiel Snelinstelwiel 2 om de instelling te kiezen.
    • Met ISO auto kunt u belichtingscompensatie instellen ().
  3. Stel de sluitertijd en de diafragmawaarde in.

    • Voor instelling van de sluitertijd draait u aan het instelwiel Hoofdinstelwiel en voor instelling van de diafragmawaarde draait u aan het instelwiel Snelinstelwiel 1.
  4. Stel scherp op het onderwerp.

    • Druk de ontspanknop half in.
    • Controleer de markering voor het belichtingsniveau [Belichtingsniveau] om te zien hoe ver het huidige belichtingsniveau van het standaardbelichtingsniveau is verwijderd.

    (1) Standaardbelichtingsindex

    (2) Markering belichtingsniveau

  5. Stel de belichting in en maak de opname.

    • Controleer de indicator voor het belichtingsniveau en stel de gewenste sluitertijd en de diafragmawaarde in.

Belichtingscompensatie met ISO auto

Als de ISO-snelheid is ingesteld op [AUTO] voor opnamen met handmatige belichting, kunt u belichtingscompensatie () als volgt instellen:

  • Tik op de indicator voor het belichtingsniveau
  • [Opnamen maken: Bel.comp./AEB]
  • Scherm Snel instellen
  • Draai aan de bedieningsring terwijl u de ontspanknop half ingedrukt houdt

Waarschuwing

  • De belichting is mogelijk niet als verwacht wanneer ISO auto is ingesteld, omdat de ISO-snelheid wordt aangepast om standaardbelichting te garanderen voor de door u ingevoerde sluitertijd en diafragmawaarde. Stel in dat geval de belichtingscompensatie in.
  • Belichtingscorrectie wordt niet toegepast bij flitseropnamen met ISO auto, zelfs als u een belichtingscorrectiewaarde hebt ingevoerd.

Opmerking

  • ISO-snelheid is vergrendeld wanneer u de ontspanknop half indrukt nadat onderwerpen zijn scherpgesteld met 1-beeld AF in modus Handmatige belichting met ISO Auto, Meervlaksmeting (Meervlaksmeting) en [Persoonlijke voorkeuze: Mtmth., AE vrgr. na schrpst.] ingesteld op de standaardinstelling ().
  • Wanneer ISO auto is ingesteld, kunt u op de knop AE-vergrendeling drukken om de ISO-snelheid te vergrendelen.
  • Wanneer u op de knop AE-vergrendeling drukt en vervolgens een nieuwe beeldcompositie maakt, kunt u op de indicator voor het belichtingsniveau het verschil in het belichtingsniveau zien in vergelijking met de eerste keer dat u op de knop AE-vergrendeling drukte.
  • Een bestaande belichtingscorrectiewaarde blijft behouden als u overschakelt naar Handmatige belichting-modus met ISO auto na toepassing van belichtingscorrectie in de modi AE-programma, AE met sluitertijdvoorkeuze of AE met diafragmavoorkeuze ().
  • Voor coördinatie van belichtingscorrectie met toenamestappen van een ½-stop met de ISO-snelheid ingesteld op toenamestappen van ⅓-stop wanneer [Persoonlijke voorkeuze: Belichtingsniveauverhogingen] is ingesteld op [1/2-stop] en wordt gebruikt met ISO auto, wordt de belichtingscorrectie verder aangepast door aanpassing van de sluitertijd. De weergegeven sluitertijd verandert echter niet.