Geluidsopname

U kunt films opnemen terwijl u geluid opneemt met de ingebouwde stereomicrofoons of een externe stereomicrofoon. U kunt het geluidsopnameniveau naar wens instellen.

Gebruik [Opnamen maken: Geluidsopname] om geluidsopnamefuncties in te stellen.

Geluidsopname/geluidsopnameniveau

  • Automatisch

    Het geluidsopnameniveau wordt automatisch aangepast. Automatische niveauregeling werkt automatisch in reactie op het geluidsniveau.

  • Handmatig

    U kunt het geluidsopnameniveau aanpassen.

    Selecteer [Opname niveau] en druk op de pijltjestoetsen Toets naar links Toets naar rechts terwijl u naar de niveaumeter kijkt om het geluidsopnameniveau aan te passen. Kijk op de piekenindicator en pas het niveau dusdanig aan dat de niveaumeter soms rechts van de markering 12 (-12 dB) oplicht voor de hardste geluiden. Indien dit meer is dan 0, wordt het geluid vervormd.

  • Uitschak.

    Er wordt geen geluid opgenomen.

Windfilter

Ingesteld op [Auto] om het geluid van de wind automatisch te beperken als het buiten waait. Alleen geactiveerd als de ingebouwde microfoon van de camera wordt gebruikt. Wanneer de windfilterfunctie is geactiveerd, worden ook lage bastonen verminderd.

Demper

Hiermee wordt automatisch geluidsvervorming die door harde geluiden ontstaat, onderdrukt. Stel de optie [Geluidsopname] in op [Inschak.] als er vervorming optreedt wanneer [Automatisch] of [Handmatig] is ingesteld.

Externe microfoon

Als een externe microfoon met een ministereostekker (diameter van 3,5 mm) wordt aangesloten op de IN-aansluiting voor externe microfoons van de camera, krijgt de externe microfoon prioriteit. Het gebruik van een microfoon zoals stereo-richtmicrofoon DM-E1 (apart verkrijgbaar) wordt aanbevolen.

VOORZICHTIG

  • Geluiden van Wi-Fi-handelingen kunnen worden opgenomen met de ingebouwde of externe microfoon. Tijdens de geluidsopname wordt het gebruik van de draadloze communicatiefunctie niet aanbevolen.
  • Als u een externe microfoon aansluit op de camera, moet u de stekker helemaal in de aansluiting steken.
  • De ingebouwde microfoon van de camera neemt ook mechanische geluiden van de lens of geluiden van de camera/lens op als AF-bedieningen worden uitgevoerd of als u de camera bedient tijdens filmopnamen. In dit geval kan het gebruik van een externe microfoon deze geluiden verminderen. Als de geluiden nog steeds storend zijn met een externe microfoon, kan het effectiever zijn om de externe microfoon van de camera te verwijderen en op een afstand van de camera en de lens te plaatsen.
  • Sluit geen ander apparaat dan een externe microfoon aan op de IN-aansluiting voor externe microfoons op de camera.

Opmerking

  • In basismodi kunt u [Geluidsopname] instellen op [Aan] of [Uit]. Stel de optie in op [Aan] als u het opnameniveau automatisch wilt laten aanpassen.
  • Audio wordt tevens uitgevoerd als de camera is aangesloten op een televisie via HDMI, behalve wanneer [Geluidsopname] ingesteld is op [Uitschak.].
  • De geluidsvolumebalans tussen L (links) en R (rechts) kan niet worden aangepast.
  • Geluid wordt opgenomen met een samplingfrequentie van 48 kHz/16-bits.