Lenzen bevestigen/verwijderen
De camera kan worden gebruikt met alle Canon EF- en EF-S-lenzen. De camera kan niet worden gebruikt in combinatie met RF- of EF-M-lenzen.
Een lens bevestigen
-
Verwijder de doppen.
- Verwijder de achterste lensdop en de cameradop door ze los te draaien in de richting die door de pijlen wordt aangegeven.
-
Bevestig de lens.
Witte markering
Rode markering
-
Zorg ervoor dat de witte of rode bevestigingsmarkering op de lens en die op de camera zich op gelijke hoogte bevinden en draai de lens in de richting van de pijl totdat deze vastklikt.
-
-
Stel de scherpstelmodusknop op de lens in op .
- staat voor Auto Focus, oftewel automatische scherpstelling.
- staat voor Manual Focus, oftewel handmatige scherpstelling. Automatisch scherpstellen werkt dan niet.
-
Verwijder de voorste lensdop.
Een lens verwijderen
-
Druk op de lensontgrendelingsknop en draai de lens in de richting van de pijl.
- Draai de lens totdat dit niet meer verder kan en koppel de lens los.
- Bevestig de achterste lensdop op de losgekoppelde lens.
VOORZICHTIG
- Kijk niet rechtstreeks naar de zon door een lens. Dit kan het gezichtsvermogen beschadigen.
- Zet de aan-uitschakelaar van de camera op wanneer u een lens bevestigt of verwijdert.
- Als het voorste deel (de scherpstelring) van de lens tijdens het automatisch scherpstellen draait, raak het draaiende deel dan niet aan.
Opmerking
- Raadpleeg de lensinstructiehandleiding () voor instructies over het gebruik van de lens.
-
Beeldhoek voor opnamen
Omdat het beeldgebied kleiner is dan het 35mm-filmformaat, komt de effectieve beeldhoek overeen met ongeveer 1,6 keer de aangegeven brandpuntsafstand van de lens.
-
- (1) Beeldgebied (ongeveer) (22,3×14,8 mm)
- (2) 35mm-filmformaat (36×24 mm)
Tips voor het voorkomen van vegen en stof
- Vervang lenzen zo snel mogelijk en op een plaats die zo veel mogelijk stofvrij is.
- Bevestig de cameradop op de camera wanneer u deze zonder lens bewaart.
- Verwijder stof van de cameradop voordat u deze bevestigt.