Aangepaste bediening
- : Meten en AF-start
- : Naar ingestelde AF-functie gaan
- : Naar ingesteld AF-punt gaan
- : Directe AF-puntselectie
- : AF-punt selecteren, ( Tijdens meting)
- : ISO instellen, ( Tijdens meting)
- : Beeldformaatselectie
- : Directe instelling beeldkwaliteit
- : Directe instelling beeldkwaliteit (vasthouden)
- : Opnamefunctie registreren/oproepen
- : Ontgrendelen bij indrukken knop
- : Naar aangepaste opnamemodus
- : Wisselen tussen de ingestelde functies
- : Info in zoeker verlichten
U kunt veelgebruikte functies naar wens toewijzen aan cameraknoppen of instelwielen voor een eenvoudigere bediening.
-
Selecteer [6: Aangepaste bediening].
-
Selecteer een camerabediening.
-
Selecteer een functie om toe te wijzen.
- Druk op om de instelling vast te leggen.
- U kunt uitgebreide instellingen configureren voor functies die zijn gemarkeerd met linksonderaan het scherm door op de -knop te drukken.
Opmerking
- Standaardinstellingen kunnen worden hersteld door te drukken op de knop met het scherm dat wordt weergegeven in stap 2. Houd er rekening mee dat de [6: Aangepaste bediening] instellingen niet worden gewist ook als u [9: Wis pers. voorkeuze(C.Fn)] selecteert.
Functies beschikbaar voor camerabediening
AF
Functie | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
○ | ○ | ○ | ○ | |||||||||
Meten en AF-start | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ○ | ○ | ||||||||
AF-stop | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ||||||||||
Naar ingestelde AF-functie gaan | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ○ | ○ | ||||||||
ONE SHOT AI SERVO | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ||||||||||
Naar geregistreerd AF-punt gaan | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ||||||||||
Directe AF-puntselectie | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
AF-punt selecteren, ( tijdens meting) |
Belichting
Functie | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
○ | ○ | ○ | ||||||||||
Start meten | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ○ | ○ | ○ | |||||||
AE-vergrendeling | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
AE-vergrendeling (bij ingedrukte knop) | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ○ | ○ | ○ | |||||||
AE-vergrendeling (vasthouden) | ||||||||||||
○ | ○ | |||||||||||
AE-vergrendeling, AF-stop | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ○ | ○ | ||||||||
FE-vergrendeling | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
ISO-snelheid instellen | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
ISO-snelheid instellen (knop vasthouden en aan draaien) | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
ISO-snelheid instellen (tijdens meting) | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
ISO instellen, ( Tijdens meting) | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ○ | ○ | ○ | |||||||
Belichtings- compensatie (knop indrukken en aan draaien) |
||||||||||||
○ | ○ | |||||||||||
Sluitertijdinstelling in M-modus | ||||||||||||
○ | ○ | |||||||||||
Diafragma-instelling in M-modus |
Movies
Functie | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
○ | ○ | ○ | ||||||||||
Servo AF voor movies gepauzeerd | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ○ | |||||||||
Start movie-opname (wanneer is ingesteld) |
Beeld
Functie | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
○ | ||||||||||||
Beeldformaat selectie | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ||||||||||
Directe instelling beeldkwaliteit | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ||||||||||
Directe instelling beeldkwaliteit (vasthouden) | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
Opnamefunctie en kaart/mapselectie | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
Beeldstijlselectie | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
Witbalansselectie |
Bewerking
Functie | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
○ | ○ | |||||||||||
Breedte-/dieptecontrole | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ||||||||||
Beeldstabilisatie starten | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
Menuweergave | ||||||||||||
○ | ○ | |||||||||||
Opnamefunctie registreren/oproepen | ||||||||||||
○ | ○ | |||||||||||
Ontgrendelen bij indrukken knop | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
Naar aangepaste opnamemodus | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
Beeld herhalen | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
Vergroten/verkleinen ( indrukken en draaien aan ) | ||||||||||||
○ | ○ | |||||||||||
Knop Vergroten/Verkleinen | ||||||||||||
○ | ○ | |||||||||||
Weergaveknop | ||||||||||||
○ | ○ | |||||||||||
Infoknop | ||||||||||||
○ | ○ | |||||||||||
Wisknop | ||||||||||||
○ | ○ | |||||||||||
Knop Beveiligen | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
Wisselen tussen de ingestelde functies | ||||||||||||
○ | ||||||||||||
Flitsfunctie-instellingen | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ○ | |||||||||
Flitsen | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ○ | |||||||||
Info in zoeker verlichten | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ○ | |||||||||
Netwerkinstellingen | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ○ | |||||||||
Map maken | ||||||||||||
○ | ○ | ○ | ○ | ○ | ○ | ○ | ○ | ○ | ○ | |||
Geen functie (uitgeschakeld) |
Waarschuwing
- Als u [Uitschakelen] instelt voor de -knop, schakelt u ook de Smart controller uit.
Opmerking
- : “AF-stopknop” op supertelelenzen die met Image Stabilizer (Beeldstabilisatie) zijn uitgerust.
Het volgende gedeelte geeft voorbeelden van instellingen van aangepaste bediening.
: Meten en AF-start
Als u op de knop drukt die aan deze functie is toegewezen, wordt het meten en AF gestart.
1: Als de knop of is toegewezen, kunt u door op de knop te drukken terwijl het instellingenscherm wordt weergegeven, de gedetailleerde AF-instellingen instellen. Het drukken op de of -knop als u fotografeert start AF in de geconfigureerde instellingen.
-
AF-startpunt
Indien ingesteld op [Ingesteld AF-punt], wordt er met het drukken op de of -knop omgeschakeld naar het geregistreerde AF-punt.
Het AF-punt vastleggen
- Stel de AF-gebiedselectiemodus in op een van de volgende opties: Spot AF, 1-punt AF, AF-gebied uitbreiden: , AF-gebied uitbreiden: Surround of automatische selectie-AF Zone-AF en Grote zone-AF zijn niet beschikbaar.
- Selecteer handmatig een AF-punt.
- Houd de -knop ingedrukt en druk vervolgens op de -knop, waarna de camera een pieptoon geeft en het AF-punt registreert. Het geregistreerde AF-punt knippert, tenzij u de AF-gebiedselectiemodus hebt ingesteld op een andere optie dan Autoselectie AF.
Opmerking
-
De volgende informatie wordt weergegeven wanneer een AF-punt is geregistreerd.
- Automatische selectie AF: (HP: Home position, startpunt)
- Spot AF, 1-punt AF, AF-gebied uitbreiden: (handmatige selectie) of AF-gebied uitbreiden: Omringend: (centrum)/ (anders dan centrum)
- Als u het geregistreerde AF-punt wilt wissen, houdt u de knop ingedrukt en drukt u op de knop .
-
Drukken op de knop of start AF met kenmerken van uw specifieke case [Case *].
-
Drukken op de knop of start AF met uw specifieke AF-bediening.
-
Drukken op de knop of start AF in uw specifieke AF-gebiedselectiemodus.
Om door te gaan met het gebruik van het huidige AF-punt als u drukt op of , zet u [AF-startpunt] op [Handmatig geselecteerd AF-punt], en om door te gaan met het gebruik van de huidige Al Servo AF-eigenschappen, AF-bediening en AF-gebiedselectiemodus, selecteert u [Huidige instelling behouden].
Opmerking
- U kunt afzonderlijke AF-punten registreren voor verticaal (greep omhoog of omlaag) en horizontaal fotograferen wanneer [: AF-punt op basis van richting] is ingesteld op [Aparte AF-ptn:gebied+pt] of [Aparte AF-ptn:alleen pt].
- [Ingesteld AF-punt] krijgt voorrang als [Ingesteld AF-punt] en [AF-gebiedselectiemodus] zijn ingesteld op [AF-startpunt].
: Naar ingestelde AF-functie gaan
Zolang u de knop ingedrukt houdt die aan deze functie is toegewezen, kunt u de AF-bediening naar uw geregistreerde AF-functie schakelen. Dit is handig wanneer u de AF-kenmerken wilt wijzigen tijdens AI Servo AF.
2: Om toegang te krijgen tot het scherm met detailinstellingen wanneer het instellingenscherm wordt weergegeven, drukt u op . Draai het instelwiel of om een item te selecteren en druk vervolgens op om een vinkje toe te voegen []. Om de functiegegevens te configureren, selecteert u een item en drukt u vervolgens op . De standaardinstellingen kunnen worden hersteld door op de knop te drukken.
Waarschuwing
- Instellingsdetails voor [Trackinggevoeligheid] en [Versn./vertr. tracking] worden niet toegepast als [Case A] is geselecteerd in [: AI Servo AF/Servo AF].
: Naar ingesteld AF-punt gaan
Als u tijdens een meting op de knop drukt die aan deze functie is toegewezen, wordt overgeschakeld naar het geregistreerde AF-punt.
3: Om [Alleen bij vasthouden schakelen] of [Elke keer schak. bij drk. knop] te selecteren, drukt u op de knop als het instelscherm wordt weergegeven. Voor instructies over het registreren van AF-punten zie Het AF-punt vastleggen.
: Directe AF-puntselectie
Tijdens een meting kunt u een AF-punt rechtstreeks met het instelwiel of selecteren, zonder op de knop te drukken.
4: Om de richting in te stellen voor het schakelen van AF-punten met het instelwiel, drukt u op de knop als het instelscherm met snelinstelwiel wordt weergegeven. [Horizontaal] en [Verticaal]-instellingen voor [Richting: AF-punt schakelen] zijn van toepassing op Spot AF, 1-punt AF, AF-gebied uitbreiden: (handmatige selectie) en AF-gebied uitbreiden: omringend en [Zones doorlopen], [Horizontaal], en [Verticaal] instellingen voor [Richting: zone-AF-beeld sch.] zijn van toepassing op Zone-AF.
5: Om AF-punt schakeling ([Naar middelste AF-punt gaan] of [Naar ingesteld AF-punt gaan]) te selecteren als u drukt op het midden van , drukt u op de knop als het instelscherm met multicontroller wordt weergegeven. Voor instructies over het registreren van AF-punten zie Het AF-punt vastleggen.
: AF-punt selecteren, ( Tijdens meting)
Tijdens een meting kunt u een AF-punt rechtstreeks met het instelwiel selecteren, zonder op de knop te drukken. Het instellen van deze functie schakelt de functies van de knoppen en om. U kunt de belichtingscompensatie of de diafragmawaarde instellen door de knop ingedrukt te houden en het instelwiel te draaien.
6: Om de richting in te stellen voor het omschakelen van AF-punten met het instelwiel, drukt u op de knop als het instelscherm wordt weergegeven. [Horizontaal] en [Verticaal]-instellingen voor [Richting: AF-punt schakelen] zijn van toepassing op Spot AF, 1-punt AF, AF-gebied uitbreiden: (handmatige selectie) en AF-gebied uitbreiden: omringend en [Zones doorlopen], [Horizontaal], en [Verticaal] instellingen voor [Richting: zone-AF-beeld sch.] zijn van toepassing op Zone-AF.
: ISO instellen, ( Tijdens meting)
Tijdens meting kunt u de ISO-snelheid instellen door aan het instelwiel te draaien. Het instellen van deze functie schakelt de functies van de knoppen en om. U kunt de belichtingscompensatie of de diafragmawaarde instellen door te drukken op de -knop en door het instelwiel te draaien.
: Beeldformaatselectie
U kunt een kaart selecteren of het beeldformaat instellen door te drukken op terwijl u naar het achterste LCD-scherm kijkt. Draai aan het instelwiel om een kaart te selecteren. Draai aan het instelwiel om het beeldformaat in te stellen.
: Directe instelling beeldkwaliteit
Wanneer u op de knop drukt die aan deze functie is toegewezen, schakelt u meteen over op het hier ingestelde beeldformaat. Terwijl de camera van beeldformaat wisselt, knipperen de pictogrammen in de zoeker en knippert het beeldformaat op het achterste LCD-paneel. De directe instelling beeldkwaliteit wordt geannuleerd nadat u klaar bent met fotograferen en de camera keert terug naar het originele beeldformaat.
7: Om het beeldformaat voor deze functie in te stellen, drukt u op de knop wanneer het instelscherm wordt weergegeven.
: Directe instelling beeldkwaliteit (vasthouden)
Wanneer u op de knop drukt die aan deze functie is toegewezen, schakelt u meteen over op het hier ingestelde beeldformaat. Terwijl de camera van beeldformaat wisselt, knipperen de pictogrammen in de zoeker en knippert het beeldformaat op het achterste LCD-paneel. De directe instelling beeldkwaliteit wordt niet geannuleerd nadat u de opname hebt gemaakt. Als u wilt teruggaan naar het originele beeldformaat, drukt u nogmaals op de knop die aan deze functie is toegewezen.
7: Om het beeldformaat voor deze functie in te stellen, drukt u op de knop wanneer het instelscherm wordt weergegeven.
: Opnamefunctie registreren/oproepen
U kunt de belangrijkste opnamefuncties handmatig instellen en registreren op de camera. Zolang u de knop die aan deze functie is toegewezen ingedrukt houdt, kunt u de vastgelegde instellingen voor de opnamefunctie toepassen terwijl u opnamen maakt.
8: Om toegang te krijgen tot het scherm met detailinstellingen wanneer het instellingenscherm wordt weergegeven, drukt u op . Draai het instelwiel of om een item te selecteren en druk vervolgens op om een vinkje toe te voegen []. Om de functiegegevens te configureren, selecteert u een item en drukt u vervolgens op . De standaardinstellingen kunnen worden hersteld door op de knop te drukken.
Om de huidige instellingen van de camera te registreren selecteert u [Huid. inst. registreren]. Voor instructies over het registreren van AF-punten zie Het AF-punt vastleggen.
Waarschuwing
- Deze instelgegevens worden niet toegepast wanneer een Speedlite EL-100 is aangesloten.
: Ontgrendelen bij indrukken knop
Zelfs als de aan-uitschakelaar is ingesteld op , kunt u de knop die aan deze functie is toegewezen, ingedrukt houden om camerafuncties te gebruiken die zijn vergrendeld via [6: Multifunctievergrendeling].
: Naar aangepaste opnamemodus
U kunt overschakelen naar geregistreerde aangepaste opnamemodi () door op de knop te drukken in andere opnamemodi dan , of . Als u een [] hebt toegevoegd aan [], [] en [] in [3: Opnamemodi beperken], wordt met elke druk op de knop geschakeld van naar naar naar de huidige opnamemodus.
: Wisselen tussen de ingestelde functies
Elke keer dat u op de -knop drukt, wisselt de ene opnamefunctie-instelling naar de volgende.
9: Om toegang te krijgen tot het scherm met detailinstellingen wanneer het instellingenscherm wordt weergegeven, drukt u op . U kunt de functies instellen waartussen de camera schakelt. Draai aan het instelwiel om de gewenste functie te selecteren en druk vervolgens op om er een vinkje [] bij te zetten. Selecteer [OK] om de instelling vast te leggen.
: Info in zoeker verlichten
Door op de knop te drukken die aan deze functie is toegewezen, kunt u rode verlichting voor informatie in de zoeker activeren. Als u de verlichting wilt deactiveren, drukt u nogmaals op de knop die aan deze functie is toegewezen, of drukt u op een knop waarmee de meettimer wordt gestart, zoals de ontspanknop.
Waarschuwing
- Door tijdens AE-vergrendeling op de knop te drukken die aan deze functie is toegewezen, wordt de AE-vergrendeling geannuleerd en verschijnt er verlichte informatie in de zoeker.