Beëindigen van verbindingen of opnieuw verbinden
Beëindigen van verbindingen
-
Selecteer [: Netwerkinstell.].
-
Selecteer [Connectie-inst.].
-
Selecteer [Verbreken].
- De verbinding tussen de apparaten is verbroken.
Opnieuw verbinding maken
-
Selecteer [: Netwerkinstell.].
-
Selecteer [Connectie-inst.].
-
Selecteer [SET*].
- Selecteer in de opgeslagen instellingen de instellingen die u voor de verbinding wilt gebruiken.
-
Selecteer [Verbinden].
-
Selecteer [OK].
- De apparaten zijn weer verbonden.
- Als de instellingen op het doelapparaat zijn gewijzigd, herstelt u de eerdere instellingen om verbindingen door de camera mogelijk te maken.