Lensafwijkingscorrectie

Lichtverval, beeldvervorming en andere problemen kunnen worden veroorzaakt door optische kenmerken van de lens. De camera kan deze verschijnselen corrigeren door gebruik te maken van [Lensafwijkingscorrectie].

  1. Selecteer [opnames maken: Lensafwijkingscorrectie].

  2. Selecteer een item.

  3. Selecteer [Inschak.].

    • Bevestig dat de naam van de bevestigde lens en (met uitzondering van diffractiecorrectie) [Correctiegegevens beschikbaar] worden weergegeven.
    • Als [Correctiegeg. niet beschikbaar] of [Helderheid randen] wordt weergegeven, raadpleegt u Digitale lensoptimalisatie.

Correctie helderheid randen

Vignettering (donkere hoeken van afbeeldingen) kan worden gecorrigeerd.

Waarschuwing

  • Afhankelijk van de opnameomstandigheden kan er ruis aan de randen van een beeld ontstaan.
  • Hoe hoger de ISO-snelheid, hoe lager de mate van correctie.

Opmerking

  • De toegepaste mate van correctie is lager dan de maximale correctie die kan worden toegepast met Digital Photo Professional (EOS-software).

Vervormingscorrectie

Vervorming (beeldkromming) kan worden gecorrigeerd.

Waarschuwing

  • Voor correctie van vervorming, legt de camera een smaller gebied vast dan het beeldgebied dat bij het opnemen zichtbaar is in de zoeker, waardoor het beeld iets wordt bijgesneden en de vermeende resolutie iets lager wordt.
  • Voor movie-opname wordt [Vervormingscorrectie] niet weergegeven. (Correctie is niet mogelijk.)
  • Bij Live View-opnamen kan het toepassen van vervormingscorrectie de beeldhoek iets wijzigen.
  • Gebieden buiten het opnamegebied kunnen worden weergegeven als u de randen van het scherm vergroot in Live View-opnamen.
  • Aan beelden waarop vervormingscorrectie is toegepast, worden geen stofwisdata () toegevoegd. Het is ook mogelijk dat het AF-punt niet op het juiste punt wordt weergegeven, in verhouding tot het tijdstip van de opname.
  • Bij vergroting van de randen van de opname kan een deel van de opname worden weergegeven dat niet wordt opgenomen.

Digitale lensoptimalisatie

Diverse afwijkingen van de optische eigenschappen van een lens kunnen worden gecorrigeerd, samen met diffractie en door low-passfilter veroorzaakt resolutieverlies.

Als [Correctiegeg. niet beschikbaar] of [Helderheid randen] wordt weergegeven door [Digit. lensoptimalisatie], kunt u EOS Utility gebruiken om de correctiegegevens voor de objectieven aan de camera toe te voegen. Raadpleeg de EOS Utility instructiehandleiding voor meer informatie.

Waarschuwing

  • Afhankelijk van de opnameomstandigheden kan de ruis toenemen door de effecten van correctie. Beeldranden kunnen ook duidelijker worden weergegeven. Pas naar behoefte de scherpte van de beeldstijl aan of stel [Digit. lensoptimalisatie] in op [Uitschak.] voor de opname.
  • Hoe hoger de ISO-snelheid, hoe lager de mate van correctie.
  • Voor movie-opname wordt [Digit. lensoptimalisatie] niet weergegeven. (Correctie is niet mogelijk.)

Opmerking

  • Met [Digit. lensoptimalisatie] ingesteld op [Insch.(std)], worden [Corr. chromat. afw.] en [Diffractiecorrectie] niet weergegeven, maar deze zijn beide ingesteld op [Inschak.] voor opname.

Correctie chromatische aberratie

Chromatische aberratie (kleurranden rond onderwerpen) kan worden gecorrigeerd.

Opmerking

  • [Corr. chromat. afw.] wordt niet weergegeven wanneer [Digit. lensoptimalisatie] is ingesteld op [Insch.(std)].

Diffractiecorrectie

Diffractie (scherpteverlies door het diafragma) kan worden gecorrigeerd.

Waarschuwing

  • Afhankelijk van de opnameomstandigheden kan de ruis toenemen door de effecten van correctie.
  • Hoe hoger de ISO-snelheid, hoe lager de mate van correctie.

Opmerking

  • “Diffractiecorrectie” corrigeert niet alleen verminderde resolutie veroorzaakt door diffractie, maar ook door de low-passfilter en andere factoren. Op deze manier is correctie ook effectief bij wijd geopend diafragma.
  • [Diffractiecorrectie] wordt niet weergegeven wanneer [Digit. lensoptimalisatie] is ingesteld op [Insch.(std)].

Waarschuwing

  • Algemene voorzorgsmaatregelen voor lensafwijkingscorrectie

  • Lensafwijkingscorrectie kan niet worden toegepast op bestaande JPEG-beelden.
  • Wanneer u een niet-Canon-lens gebruikt, wordt aanbevolen om de correcties in te stellen op [Uitschak.], zelfs als [Correctiegegevens beschikbaar] wordt weergegeven.
  • De hoeveelheid correctie (met uitzondering van diffractiecorrectie) is minder voor lenzen die geen informatie over de afstand geven.

Opmerking

  • Algemene opmerkingen voor lensafwijkingscorrectie

  • Het effect van lensafwijkingscorrectie varieert afhankelijk van de gebruikte lens en de opnameomstandigheden. Daarnaast is het effect is soms moeilijk te zien, afhankelijk van de gebruikte lens, de opnameomstandigheden, enz.
  • Als de correctie niet goed te zien is, is het raadzaam de opname te vergroten en te controleren.
  • Correcties kunnen worden toegepast, ook wanneer een opzetstuk of Life-Size Converter is bevestigd.
  • Als de correctiegegevens voor de bevestigde lens niet in de camera zijn vastgelegd, geeft dit hetzelfde resultaat als wanneer de correctie is ingesteld op [Uitschak.] (behalve bij diffractiecorrectie).
  • Raadpleeg indien nodig eveneens de EOS Utility instructiehandleiding.