Handmatige witbalans

Met handmatige witbalans kunt u de witbalans handmatig instellen voor de specifieke lichtbron van de opnamelocatie. Zorg ervoor dat u deze procedure uitvoert onder de lichtbron op de plaats van opname.

Er kunnen vijf handmatige witbalansen op de camera worden opgeslagen. U kunt ook een naam (onderschrift) toekennen aan de vastgelegde handmatige witbalansen. Sla naar behoefte aparte witbalansen voor foto's en movies op.

Handmatige witbalans opslaan

Om handmatige witbalansen op te slaan, kunt u een foto die tijdens dit proces is gemaakt, opslaan of een beeld dat op een kaart is opgenomen.

Witbalansen opnemen en opslaan

  1. Selecteer [opnames maken: Stel handm. WB in].

  2. Selecteer het nummer van de handmatige witbalans die u wilt opslaan.

    • Druk op Instellingen.
    • Draai aan het instelwiel Snelinstelwiel om een nummer van 1 t/m 5 te selecteren voor Handmatig* en druk vervolgens op Instellingen. De handmatige witbalans wordt opgeslagen onder het geselecteerde nummer.

  3. Selecteer [WB opnemen en registreren].

    • Het scherm wordt uitgeschakeld en het geselecteerde nummer knippert in het LCD-paneel aan de bovenzijde.

  4. Fotografeer een effen wit vorwerp.

    • Kijk door de zoeker en richt het afgebakende gebied op een wit voorwerp, zodat wit het gebied vult.
    • Stel handmatig scherp en maak opnames met de standaardbelichting die voor het witte vorwerp is ingesteld.
    • U kunt elke willekeurige witbalansinstelling gebruiken.

Waarschuwing

  • Als de bij stap 4 verkregen belichting sterk afwijkt van de standaardbelichting, kan dit een incorrecte witbalansinstelling tot gevolg hebben.

Opmerking

  • Handmatige witbalansen kunnen ook als volgt worden opgeslagen:
    1. Druk op de knop Witbalansselectie en draai aan het instelwiel Snelinstelwiel om Aangepast te selecteren ().
    2. Vervolgens draait u het instelwiel Hoofdinstelwiel voor selectie van een nummer waaronder de handmatige witbalans wordt opgeslagen.

    3. Druk op de knop Beveiligen.

      → Het nummer dat u hebt geselecteerd in stap 2 knippert op het LCD-paneel aan de bovenzijde.

    4. Maak een opname van een gewoon wit voorwerp zoals beschreven in stap 4.

      → De handmatige witbalans wordt opgeslagen onder het geselecteerde nummer.

  • Als [Juiste WB kan niet verkregen worden met gesel. beeld] wordt weergegeven in stap 4, gaat u terug naar stap 1 en maakt u nogmaals een opname.
  • Uw opname in stap 4 wordt niet opgeslagen een kaart.
  • Een nauwkeurigere witbalans kan worden verkregen door een in de handel verkrijgbare grijskaart of een standaard grijsreflector van 18% in plaats van een wit voorwerp te fotograferen.

Een beeld selecteren dat is opgenomen op een kaart

  1. Fotografeer een effen wit voorwerp.

  2. Selecteer op het tabblad [opnames maken] [Stel handm. WB in].

  3. Selecteer het nummer van de handmatige witbalans die u wilt opslaan.

    • Druk op Instellingen.
    • Draai aan het instelwiel Snelinstelwiel om een nummer van 1 t/m 5 te selecteren voor Aangepast* en druk vervolgens op Instellingen. De handmatige witbalans wordt opgeslagen onder het geselecteerde nummer.

  4. Selecteer [Selecteer beeld op kaart].

    • Beelden die zijn opgeslagen op de kaart worden weergegeven.

  5. Selecteer een beeld voor registratie als de handmatige witbalans.

    • Draai aan het instelwiel Snelinstelwiel om het in stap 1 vastgelegde beeld te selecteren en druk vervolgens op Instellingen.

  6. Selecteer [OK].

    • De gegevens van de handmatige witbalans worden vastgelegd op de camera.
    • Lees het bericht en selecteer [OK] om terug te keren naar het scherm van stap 3.

Waarschuwing

  • De volgende beelden kunnen niet worden geselecteerd in stap 5: Beelden die zijn gemaakt met de beeldstijl ingesteld op [Monochroom], opnamen met meervoudige belichting, HDR-beelden, beeldovernamen van 4K-movies en opnamen die met een andere camera zijn gemaakt.

Opmerking

  • Als u opnamen wilt maken met een vastgelegde handmatige witbalans, selecteert u eerst het nummer van de vastgelegde handmatige witbalans.

Selecteren en fotograferen met handmatige witbalansen

  1. Selecteer het nummer van de handmatige witbalans.

    (1) Vastgelegd beeld

    • Selecteer in het scherm [Stel handm. WB in] het nummer van de vastgelegde handmatige witbalans.

  2. Selecteer [Stel in als WB].

    • De witbalansinstelling wijzigt naar Aangepast*.

  3. Maak de opname.

    • De foto wordt genomen met toepassing van de Aangepast*-instelling.

Opmerking

  • Nummers voor de vastgelegde handmatige witbalans kunt u ook selecteren terwijl u op het LCD-paneel aan de bovenzijde kijkt. Druk op de knop Witbalansselectie en draai vervolgens aan het instelwiel Snelinstelwiel om Aangepast te selecteren. Vervolgens draait u het instelwiel Hoofdinstelwiel voor selectie van een nummer van de opgeslagen handmatige witbalans.

Benaming handmatige witbalans

U kunt een naam (onderschrift) toevoegen aan de vijf vastgelegde handmatige witbalansen (handmatige witbalansnummers). 1-5).

  1. Selecteer het nummer van de handmatige witbalans.

    • Op het scherm [Stel handm. WB in] selecteert u het nummer van de vastgelegde handmatige witbalans om er een naam aan toe te voegen.

  2. Selecteer [WB-naam bewerken].

  3. Voer tekst in.

    • Gebruik het instelwiel Snelinstelwiel of Multicontroller om een teken te selecteren en druk vervolgens op Instellingen om het in te voeren.
    • Door [Input-modus] te selecteren, kunt u de input-modus wijzigen.
    • Selecteer [verwijderen] om één teken te verwijderen of druk op de knop Wissen.

  4. Verlaat de instelling.

    • Druk op de knop MENU en druk vervolgens op [OK].
    • De informatie wordt opgeslagen en het scherm keert terug naar het scherm in stap 2.
    • De ingevoerde naam wordt weergegeven onder Aangepast*.

Opmerking

  • Als naam kan het handig zijn om de naam van de plaats in te voeren waar u de handmatige witbalansen hebt geregistreerd, of de naam van de lichtbron.