Geavanceerde opnamen met volledig automatisch draadloos flitsen

Door dit draadloze systeem hoeft u de volgende functies niet in te stellen op ontvangers. Ze worden automatisch geconfigureerd op basis van de instellingen van de zender (transmitter).

Flitsbelichtingscompensatie

Net als de belichtingscompensatie kunt u ook het flitsvermogen (flits output, flitssterkte) aanpassen.

  1. Druk op de knop MENU.

  2. Selecteer [Flitsbelichtingscompensatie].

  3. Stel de waarde voor de flitsbelichtingscompensatie in.

    • Selecteer [OK] na het instellen van de compensatie.
    • "0.3" betekent stops van 1/3 en "0.7" betekent stops van 2/3.
    • Zet de compensatiewaarde terug op "±0" als u de flitsbelichtingscompensatie wilt annuleren.

Opmerking

  • Over het algemeen kunt u het beste voor lichte onderwerpen een grotere belichtingscompensatie en voor donkere onderwerpen een kleinere belichtingscompensatie kiezen.

FEB

U kunt drie opnamen maken terwijl u automatisch het flitsvermogen wijzigt. Dit wordt FEB (Flash Exposure Bracketing) ofwel flitsbelichtingsbracketing genoemd.

  1. Druk op de knop MENU.

  2. Selecteer [Flitsbelichtingsbracketing].

  3. Stel het FEB-niveau in.

    • Selecteer [OK] na het instellen van het FEB-niveau.
    • "0.3" betekent stops van 1/3 en "0.7" betekent stops van 2/3.
    • Bij gebruik in combinatie met flitsbelichtingscompensatie worden FEB-opnamen gebaseerd op de ingestelde compensatiewaarde.

Opmerking

  • Nadat de drie opnamen zijn gemaakt, wordt FEB automatisch geannuleerd.
  • Overweeg voordat u FEB-opnamen maakt om de transportmodus van de camera in te stellen op enkelbeeld en controleer of de flitsers zijn opgeladen. Als de transportmodus is ingesteld op continue opname, wordt de opname automatisch beëindigd na drie opeenvolgende opnamen.
  • U kunt FEB in combinatie met flitsbelichtingscompensatie of flitsbelichtingsvergrendeling gebruiken.
  • U kunt instellen dat FEB ingeschakeld blijft na het maken van de drie opnamen (C.Fn-03).
  • U kunt de FEB-opnamevolgorde wijzigen (C.Fn-04).

Hogesnelheidssynchronisatie

Met hogesnelheidssynchronisatie kunt u bij elke sluitertijd flitsopnamen maken. Dit is effectief wanneer u wilt fotograferen in de stand diafragmaprioriteit AE Diafragmaprioriteit AE (open diafragma) met een onscherpe achtergrond op plekken zoals buiten bij daglicht.

  1. Druk op de knop MENU.

  2. Selecteer [Sluitersynchronisatie].

  3. Selecteer [Hogesnelheidssynchronisatie].

    • Selecteer [Hogesnelheidssynchronisatie] en vervolgens [OK].
    • Controleer vóór de opname of u Hogesnelheidssynchronisatie op het camerascherm ziet.

Voorzichtig

  • Bij hogesnelheidssynchronisatie geldt: hoe korter de sluitertijd, hoe kleiner het effectieve flitsbereik.

Opmerking

  • Hogesnelheidssynchronisatie verschijnt niet op het camerascherm als de sluitertijd (-snelheid) minder is dan de maximale sluitertijd voor flitssynchronisatie.
  • Selecteer in stap 3 [Synchronisatie 1e gordijn] als u wilt terugkeren naar normale flitsopnamen.

Synchronisatie 2e gordijn

Als u bij een lage sluitertijd (-snelheid) Synchronisatie 2e gordijn gebruikt, kunt u natuurlijke opnamen maken van bewegingssporen, zoals de lichten van een auto. De flitser flitst direct voordat de camera de opname afrondt (voordat de sluiter dichtgaat).

  1. Druk op de knop MENU.

  2. Selecteer [Sluitersynchronisatie].

  3. Selecteer [Synchronisatie 2e gordijn].

    • Selecteer [Synchronisatie 2e gordijn] en vervolgens [OK].

Opmerking

  • Synchronisatie 2e gordijn werkt goed in de opnamemodus Bulb (bulb).
  • Flitsers flitsen tweemaal in de flitsmodus [E-TTL II-flitsmeting]. De eerste flits is geen storing, maar een voorflits om het flitsvermogen (flits output, flitssterkte) te bepalen.
  • Selecteer in stap 3 [Synchronisatie 1e gordijn] als u wilt terugkeren naar normale flitsopnamen.

FE-vergrendeling

Fotograferen met FE-vergrendeling (FE = Flash Exposure, flitsbelichting) zorgt voor de juiste flitsbelichting over het aangegeven gebied van het onderwerp.

Configureer FE-vergrendeling op de camera. Raadpleeg de instructiehandleiding bij de camera en de flitser voor informatie.

Opmerking

  • Waarschuwing voor overschrijding van het meetbereik FE-vergrendeling knippert op het camerascherm als met FE-vergrendeling geen geschikte belichting mogelijk is. Verklein de afstand tussen de ontvanger en het onderwerp of open het diafragma en vergrendel de flitsbelichting dan opnieuw. U kunt ook proberen een hogere ISO-snelheid in te stellen en vervolgens opnieuw FE-vergrendeling uit te voeren.
  • Als het onderwerp in de zoeker te klein is, is FE-vergrendeling mogelijk niet effectief.